zondag 12 april 2009

Lopen!!!! naar de natuur

Donderdag om 9 uur zitten we op de trein richting luchthaven. Samen met Inna ga ik naar Stavanger. Op de trein ontdekken we dat we niet veel tijd meer hebben om onze vlieger te halen. We hebben net iets te weinig tijd gerekend om daar te geraken. We lopen op de roltrappen, door de security controle en tot aan ons vliegtuig. Als we daar aankomen dan stappen net de eerste mensen op het vliegtuig. Gelukt!

In stavanger, luchthaven, moeten we de bus nog nemen om in het centrum te geraken. Voordat we naar ons hotel gaan, besluiten we om een hamburger te eten. We zitten gezellig te wachten op ons eten. Plots gaat het brandalarm af. Iedereen rond ons blijft rustig, wij dus ook. We wachten tot we alles hebben en gaan dan pas naar buiten. De mensen van de brandweer, die ondertussen arriveerden, vonden dat we niet iets te traag waren. “Jullie moeten nu echt wel gaan hoor!”

We verblijven op een eiland in Stavanger. Om daar te geraken nemen we nog een bus. Aan de bushalte wacht er een oude dame ons op. Zij is de eigenares van het ‘bed and breakfast’ waar we gaan verblijven. Ze voert ons naar het eilandje Amoy en wenst ons hartelijk welkom. We belanden in een paradijs. Een vakantiehuisje voor ons alleen want op dit moment is er niet veel volk. Hier zijn geen woorden voor nodig.



We trekken terug naar de stad en lopen nog eens rond de vijver met prachtige fontein. Dan nemen we de bus naar Aase, een Noorse vriendin van Inna. Zij brengt ons naar het langste zandstrand van Noorwegen. Ik voelde me heel even een kleine meid die op vakantie naar de Belgische kust trekt om in het water te zwemmen, zandkastelen te bouwen en nog zoveel meer. Gelukkig heb ik mij ingehouden want het water is nu veel te koud om in te zwemmen.
Ik hield het dan maar bij schrijven in het zand en foto’s trekken.



’s Avonds bleven we eten bij Aase. Vietnamees, ik had dit nog nooit geproefd. Deze maaltijd heeft gesmaakt. Omdat het paasweekend is, rijden de bussen op zondaguren. Maar om de twee uur dus. We vertrekken vroeg terug naar ons Huisje. Want de volgende dag staat er een flinke wandeling op het programma.

Vrijdag was het ’s morgens bewolkt maar dit hield ons niet tegen om richting Preiketsolen [prékestoelen] te trekken. De bekendste rots in de fjord van Stavanger, Lysefjord. We wandelden en klauterden op de rotsen, tussen de rotsen en uiteindelijk bereikten we ons doel. Een uitzicht op de Lysefjord. En een kijkje over de verticale rots, 605 meter recht naar beneden en onder u alleen maar de zee. Adembenemend!





De weg naar boven was mooi en zonnig, alleen daarvoor zou ik naar Stavanger trekken. De Rots zelf was de kers op de taart. Alleen spijtig dat het zo hard waaide dat ik daar niet kon gaan staan om een foto van mij te laten trekken. Het waaide (lees rukwinden) zo hard dat ik op sommige momenten naast een rots moest gaan zitten en mij vast te houden, anders zou ik wegwaaien. Dit alles liet mij niet tegenhouden om toch te genieten van het uitzicht en om uit de wind toch nog een kijkje over een andere rand te kijken.


Na deze zware tocht keerde we terug naar ons Huisje. We aten zelfgemaakte croque Hawaï’s en ’s avonds deden we nog een wandeling op het eiland. Tijdens de wandeling testte ik de functies van mijn fototoestel uit, en dit is het resultaat.


De laatste dag in Stavanger was een regenachtige dag. We wandelden tussen de regendruppels door in de stad. We liepen door een oud deel van Stavanger, allemaal witte huisjes met bloemetjes. We ontdekten een kleurrijk straatje, een speciale kapperszaak, standbeelden, een uitkijktoren met kanonnen, de kathedraal en speeltuintjes. Daarna werd het tijd om naar de luchthaven te trekken. Deze keer zouden we twee uur op tijd zijn zodat we niet meer hoefden te lopen.














Al diegene die echt natuur van Noorwegen willen zien, moeten naar Stavanger trekken. Ik weet een heel gezellig (goedkope) verblijfplaats.

Geen opmerkingen: